zaterdag 14 mei 2011

Rostahytta

Vanochtend hebben we voor het eerst in korte broek en t-shirt buiten ontbeten! Het is een graad of 13, windstil, en op het balkon voelt het zeker als 20 graden. Heerlijk! Deze dag zal vooral bestaan uit caffe lattes op het balkon :-)

Tussendoor nog een paar foto's van onze tocht van vorig weekend naar de Rostahytta. Dit is een hut van de Noorse toeristenvereniging, gelegen in het Rostadal, een ruime 2 uur rijden vanaf Tromsø. Je kunt in deze hutten overnachten als je een sleutel hebt, die je vervolgens tegen een kleine vergoeding toegang geeft tot alle hutten van de toeristenvereniging in Noorwegen. De hutten zijn overal van voorzien, behalve stromend water en elektriciteit. Maar koken kan op een gasstel, en vers water haal je uit de rivier.

De Rostahytta

Het werd een mooie, maar zware sneeuwschoentocht, omdat we regelmatig "door de sneeuw" zakten. Dat is een typisch mei-verschijnsel, als de sneeuw van onderen weg smelt. Holle paden, zou je het kunnen noemen.

We hoefden niet op tijd te starten met de tocht, want donker wordt het al een poosje niet meer.

Na ruim vijf uur lopen, kwamen we rond negen uur 's avonds bij de hut aan. Een prachtige hut, op een prachtige locatie.

En we hadden deze hut voor ons alleen. Erik steekt de open haard aan.

Terwijl het zaterdag nog af en toe licht sneeuwde, liepen we zondag onder een strakblauwe hemel terug bij een graad of 10. Door onze eigen sporen, dat maakte de terugweg een stuk gemakkelijker.

vrijdag 6 mei 2011

polar pioneer

Nadat ik een paar jaar lang onderzoek heb gedaan naar  olie- en gasontwikkelingen in het noorden van Noorwegen, zag ik gisteren voor het eerst een boorplatform. Nietsvermoedend kwamen we ons bed uit, keken uit het raam, en hadden opeens onderstaand uitzicht. Best imponerend, zo'n gigantisch monster.

De Polar Pioneer heet hij, gebouwd voor Arctische omstandigheden: hij kan boren tot 500 meter diep, en tolereert golven tot 33 meter hoog.

Op deze foto wordt hij nog naar z'n aanlegplaats geloodst door sleepboten. In totaal heeft hij een paar honderd kilometer afgelegd vanuit de Barentszzee om hier aan te komen voor onderhoud. Als dat gebeurd is, gaat hij terug naar de open zee, om de toekomst van de Noorse economie veilig te stellen.